Behandeling voor borderline sterk verbeterd
Er zijn verschillende mogelijkheden om borderline persoonlijkheidsstoornis goed te behandelen. Klinisch psychologen Odette Brand-de Wilde en Arnoud Arntz geven uitleg.
Is er altijd sprake van een goede diagnose van borderline?
Brand: “De diagnose wordt vaak niet of onvoldoende gesteld, maar dat geldt helaas voor vele psychische aandoeningen. Jammer, want zeker mensen met een ernstige stoornis als borderline zijn gebaat bij een snelle en goede diagnose die leidt tot de juiste behandeling. Mensen met borderline hebben vaak een grote lijdenslast, dus ze zoeken wel hulp. Het is vervolgens aan de hulpverlener om uit te zoeken wat er aan de hand is.”
Welke mogelijkheden zijn er voor de behandeling?
Arntz: “Er zijn verschillende psycho-therapeutische behandelingen, die je kunt onderscheiden in specifiek voor borderline persoonlijkheidsstoornissen en meer algemeen psychotherapeutische therapieën. Het blijkt dat de specifieke therapieën het beter doen dan de algemene modellen.”
Brand: “Er zijn drie behandelingen die het meest worden toegepast: ST (Schematherapie), MBT (Mentalization Based Treatment) en DGT (Dialectische Gedrags Therapie). MBT en ST lijken wat meer op elkaar in de zin dat ze werken binnen het contact dat je met de cliënt hebt. MBT lijkt wat meer op een klassieke gesprekstherapie en richt zich op het hier en nu, ST richt zich ook op zaken die in de jeugd zijn gebeurd en maakt ook gebruik van gedragstherapeutische technieken. In dat laatste zit dan weer een overlap met DGT, dat zich echter meer richt op vaardigheden als gedrag en afspraken maken.”
Hoe bepaal je dan welke cliënt voor welke therapie in aanmerking komt?
Brand: “Dat gaat vaak in samenspraak met de cliënt, die aangeeft welke therapie hem of haar het meest aanspreekt. We doen veel onderzoek naar de afzonderlijke therapieën, maar ze zijn nog weinig met elkaar vergeleken. Alle vormen van therapie voor borderline persoonlijkheidsstoornis werken, wel zijn er verschillen in de mate van drop-out en we weten nog niet welke therapie het beste werkt voor de individuele cliënt. Vergelijkend onderzoek is in voorbereiding. DGT wordt bijvoorbeeld vaak toegepast bij mensen met klachten van impulsiviteit, zelfbeschadiging en suïcidaal gedrag. Mensen die problemen hebben met hun zelfbeeld, chronische leegte en identiteitsproblemen kiezen minder voor deze therapie. Cliënten moeten het gevoel hebben dat de therapie bij hen past en dat er een klik is met de therapeut.”
Arntz: “Zestig tot zeventig procent van de cliënten heeft baat bij therapie. De resultaten variëren van volledig herstel tot minstens aanmerkelijke verbetering. Dat is te danken aan voortdurend onderzoek en voortschrijdend inzicht. In 20 jaar tijd is veel verbeterd, maar we zijn er nog niet. Vooral de re-integratie in de maatschappij kan beter, veel cliënten hebben moeite met solliciteren en het vinden van werk.”
Wat is de meerwaarde van e-health-applicaties?
Brand: “Het kan dienen als naslagwerk en het verbetert de bereikbaarheid en beschikbaarheid buiten de reguliere contacten om. De investering voor een goede app is echter hoog; het is daarom belangrijk om goed te onderzoeken wat de meerwaarde is en of een kostenbesparing mogelijk is.”
Reactie
mij hebben ze vroeger terapie geweigerd zou niet goed voor me zijn 25jaar geleden ik vecht nog iedere dag om alles in kannen en kruiken te krijgen veel menssen begrijpen in de omgeving niet wat er in je omgaat nu heb ik een lichte sindroom hiervan wat ik ook heb is adhd maar die medicamente neem ik niet omdatdit te vergelijken is met drugs ik heb er baat bij mijn gevoelens te uiten-opteschrijven en iendien nodig ook eens boos te worden als menssen me niet willen begrijpen het ergste is de onzekerheid en daar moeten we gewoon voor vechten want een ding is zeker gek zijn we niet
Plaats een opmerking